vink
fringilla coelebs

Vink

Algemeen voorkomende zangvogel. Lengte: 14 tot 16 cm. Periode: het hele jaar door te zien.

Het mannetje heeft een bruine rug en de onderzijde is rozebruin. Kruie en achterhoofd zijn blauwgrijs. Bovenzijde vrouwtje is grijsgroen en de onderkant wit. Zowel het mannetje als het vrouwtje hebben witte vleugelstrepen. De vink heeft de grote krachtige snavel van de zaadeter. Vinken eten ‘s zomers echter veel insecten en ook de jongen krijgen eerst insecten te eten. In de winter trekken de Nederlandse vinken naar het zuiden, terwijl vogels uit het noorden in Nederland overwinteren. Vinken eten ‘s winters vrijwel alleen zaden.