groenling
<p>Lengte 30 tot 36 cm, spanwijdte 45 tot 51 cm.</p> <p>Broedt in open loof- en gemengde bossen, cultuur landschappen met weiden en bomen, parken en soms grote tuinen. Zit vaak op de grond. Het voedsel bestaat voornamelijk uit op de grond levende mieren. Een schuwe en waakzame vogel. Hij heeft een golvende vlucht.<br>Herkenbaar aan de groene kleur en een rode kap op de kop en een gele stuit. Zang: een reeks hoge lachende geluiden in hoogte aflopend.<br>Dit exemplaar vloog achter de huizen van de Duinvoet langs.</p>

Groenling

Algemeen voorkomende zangvogel. Lengte: 14 tot 16 cm. Periode: In de winter trekt een deel van de populatie weg, maar daar komen groenlingen uit het noorden voor terug, zodat ze het hele jaar door te zien zijn.

Het verenkleed van het mannetje is groen. De vleugelranden en de zijden van de staart zijn geel. Het vrouwtje is minder fel gekleurd dan het mannetje. Het ging een tijdje slecht met de groenling. Na een ziekte was de landelijke populatie behoorlijk gedecimeerd. Dit jaar zijn ze weer terug op de Houtribhoogte, maar in minder grote aantallen.