bosrietzanger
acrocephalus palustris

Bosrietzanger

Lengte 13-15 cm.

Broedt in weelderige, bij voorkeur vochtige kruidvegetatie, zoals moerasspirea, brandnetels en fluitekruid, vaak langs sloten en op vochtig, braakliggend terrein, soms aan rand van rietveld wanneer riet op tamelijk droge grond staat en vermengd is met kruiden. Zomergast ( eind april- september). Herkenning: lijkt zeer veel op kleine karekiet, maar is te herkennen aan zang, habitat; iets langere snavel en iets rondere kop vorm (waardoor de vogel er iets “vriendelijker” uitziet). Iets duidelijker lichte oogring. Iets langere handpenprojectie en duidelijkere witte handpentoppen. Juveniel (zie foto) bovenzijde warmer bruin. Poten lichtgelig roze en niet bruingrijs zoals kleine karekiet.